Wat wordt er bedoeld met de verschillende aanduidingen op de band?

 Voorbeeld:     185 / 60 / R14  86 H

185     Breedte van de band in mm
  60     Dit is de hoogte van de band
   R     Betekend dat het een radiaal band is
  14     Velgdiameter, deze dus 14 inch
  86     Draagvermogen (gewicht)
   H     Snelheidsindex, bij deze band 210 km/h


 

Zijn mijn banden versleten?

U kunt aan de slijtagegraad- indicatoren in de hoofdprofielgroeven zien wanneer uw banden vervangen moeten worden. Slijtagegraad-indicatoren zijn kleine verhogingen in de groeven van het profiel. Als de dikte van het rubber gelijk is met deze verhoging (wettelijke limiet van 1,6 mm) moeten de banden verwisseld worden. Doet u dat niet, dan bent u in overtreding en brengt u uw eigen veiligheid (en die van andere weggebruikers) in gevaar.

Wij raden u nadrukkelijk aan deze limiet niet af te wachten. Versleten banden op een nat wegdek vergroot de risico's van aquaplaning. Om vertrouwd onderweg te zijn in ieder weertype adviseren wij uw banden te verwisselen als er nog circa 3 mm profieldiepte resteert.

 


 

Wanneer moet ik van zomer- naar winterband wisselen?
Bij temperaturen beneden 7 graden celcius hebben winterbanden een kortere remweg op natte wegen dan zomerbanden. Het loopvlakrubber blijft bij lage temperaturen ook elastischer en daarom is een optimale grip op sneeuw en ijs gegarandeerd. Uitgaande van een gemidelde temperatuur van 7 graden celcius kunt u – in Nederland - uw winterbanden het best laten monteren aan het eind van september. Het monteren van uw zomerbanden kan het best in april. U rijdt dus met winterbanden als de "R" in de maand zit.

 


 

Kan ik winterbanden ook in de zomer gebruiken?
Ja, met winterbanden kunt u wel in de zomer rijden, maar u moet rekening houden met een iets snellere slijtage en een licht verminderde stabiliteit gedurende deze periode. Het lamellenprofiel is namelijk flexibeler (geeft meer grip op sneeuw en ijs) dan van een typische zomerband. U kunt daar echter zelf veel aan doen door de bandspanning regelmatig te controleren en op het juiste niveau te houden en de banden elke 7.500 - 10.000 km van vooras naar achteras en vice versa te wisselen.

 


 

Hoe verleng ik de levensduur van mijn banden?
Controleer de spanning van de banden één keer per maand. Vooral voordat u een langer traject met een hogere snelheid gaat afleggen. Een juiste bandenspanning verlengt de levensduur van uw banden en verhoogt uw veiligheid. Deze controle dient 'koud' te worden uitgevoerd (na minder dan 3 km te hebben gereden). Vergeet bovendien het reservewiel niet! Uitgangspunt bij de reserveband is: 0.5 bar meer bandenspanning dan in de gewone band.

Balanceren

Het balanceren van uw banden is een andere nuttige tip. Door de banden te balanceren vermindert u trilling en voorkomt u onnodige slijtage van de band. Bovendien spaart u onderdelen voor de ophanging, de stuurinrichting en de lagers. Balanceren voorkomt ook trillen van het stuur.

Ventiel

Wanneer u een band vervangt, dient u ook het ventiel te vervangen. Dit zorgt voor de luchtdichtheid waardoor uw band langer op spanning blijft.

Slijtageprofiel

Als uw banden niet helemaal correct onder uw auto staan, vertonen ze een onregelmatig slijtageprofiel en zal de band eerder vervangingen moeten worden. Laat dus altijd uw auto uitlijnen bij een onregelmatige slijtage.

 


 

Mag ik verschillende banden monteren?
In Nederland mogen op één wielas verschillende merken banden gemonteerd worden. Wel moet u er rekening mee gaan houden dat het in sommige Europese landen verplicht is hetzelfde merk, maat, gebruikscategorie (zomer / winter) en snelheidsindex op één wielas te hebben.

 


 

Wat is de juiste bandenspanning?

Dit is voor iedere auto verschillend, een opgaaf vindt u meestal in het tankklepje van de brandstof, of bij de instap aan de bestuurderszijde. En anders kunt u het altijd in de handleiding van de auto terugvinden.

Een te lage of te hoge bandenspanning heeft negatieve gevolgen voor de prestaties van uw banden. Indien uw banden een te lage of te hoge bandenspanning hebben kan dit zelfs de verkeersveiligheid ernstig beïnvloeden. Maar niet alleen de verkeersveiligheid in is het geding ook uw eigen portemonnee. Een te lage bandenspanning zorgt voor een hoger brandstofverbruik. De bandenspanning wordt ook een integraal onderdeel van de APK-keuring.   

Een te lage of te hoge bandenspanning heeft een aantal negatieve gevolgen voor de rijveiligheid en het rijcomfort. Hieronder worden deze kort weergegeven:

  • Een bandenspanning die 25% te laag is verhoogt de rolweerstand met 10%, waardoor het brandstofverbruik met circa 2% toeneemt;
  • Een te lage of te hoge bandenspanning zorgt voor een verminderde grip op de weg. Dit betekent een langere remweg en een hogere slipkans;
  • Een te lage of te hoge bandenspanning verhoogt de kans op klapbanden;
  • Door een te lage bandenspanning is de auto minder goed in staat onregelmatigheden in het wegdek op te vangen;
  • Door een te lage of te hoge bandenspanning wordt de wegligging verminderd en bij een juiste bandenspanning is het stuurgedrag optimaal;
  • Een te hoge bandenspanning zorgt voor een verkeerde slijtage van uw banden.